Wat is nodig te weten om aan het Heilig Avondmaal deel te nemen?
Vraag‘Door Gods liefde getrokken ben ik enkele malen aan het Avondmaal geweest. Daarna kwam er zoveel bestrijding dat ik niet meer durfde aangaan. ’k Wacht nu op een ‘teken’ van Boven voordat ik opnieuw durf aangaan. Een ouderling adviseerde me dat. De wereld bekoort me niet meer, maar ik durf niet meer zo stellig te geloven dat ik Hem liefheb. Nu las ik dat het Heilig Avondmaal juist ook ingesteld is tot versterking van het zwakke geloof. Wat moet ik nu?’
Antwoord
Alvorens ik in een pastoraal gesprek een dergelijke vraag zou beantwoorden, zou ik eerst een aantal andere vragen stellen:
- Je schrijft: ‘door de liefde getrokken’; werd je ook door de nood gedreven?
- Heb je enige bevindelijke kennis van de Heere Jezus?
- Na de bediening had je strijd; hoe was dat tijdens het Avondmaal?
- Heb je kontakten met geoefende christenen voor wie je je hart kunt blootleggen?
- En, wat nog belangrijker is, drijft die strijd je vaak naar de binnenkamer?
Zolang de antwoorden op deze vragen niet bekend zijn, krijgt mijn antwoord een wat algemeen karakter en noem ik verschillende mogelijkheden:
Een tijdgelovige kan menen door Gods liefde getrokken te zijn. John Bunyan geeft een duidelijk portret van een tijdgelovige in de figuur van Gezeglijk. Er is geen sprake van schuldbesef (geen pak op zijn rug). Hij wordt slechts aangetrokken door het vooruitzicht naar de Hemelstad te gaan. Hij wil er steeds meer van horen. Hij is zo enthousiast dat hij Christen aanspoort wat voort te maken. Maar in Poel Mistrouwen laat hij het afweten. Zo kan het zijn dat iemand geestdriftig Christus ‘door het geloof aanneemt’ en daarop aan het Avondmaal gaat. Zo iemand heeft weinig begrip voor en geduld met anderen die zo snel niet meekunnen, maar... het heeft geen diepte van aarde (Matth. 13:5). In de meeste gevallen wordt zo iemand door de Avondmaalgang in zijn verkeerde mening versterkt. Het kan ook voorkomen dat het tegenvalt omdat men er meer van verwachtte. Ik raad je aan te lezen uit ‘De Godvruchtige Avondmaalganger’ van Petrus Immers, de tweede verhandeling: over het grote onderscheid tussen het tijdgeloof en het ware, zaligmakende geloof. Ik hoop dat je met de oude schrijvers vertrouwd bent!
Een andere mogelijkheid is dat God werkelijk Zijn liefde in het hart heeft uitgestort. Dat doet de Heere in de wedergeboorte. De precieze tijd en plaats van de wedergeboorte is lang niet altijd aan te duiden, maar wel ervaart men dat er geweldige veranderingen optreden. Men leert God kennen en liefhebben; men leert zichzelf kennen in zijn zondig bestaan. Daaruit ontstaat droefheid omdat men tegen zulk een goede God gezondigd heeft. Dit noemt de Schrift droefheid naar God (2 Kor. 7:10). In die droefheid ligt een wonderlijke blijdschap, ook al weent men over zijn zonden. Aanvankelijk is hier voor Christus geen plaats omdat men nog meent zelf met de Heere in het reine te kunnen komen. Men doet daar ook zijn best voor. Tot zijn grote verwondering hoort men in de prediking de problemen beschrijven waar men mee worstelt. Dat geeft blijdschap, moed en dankbaarheid in het hart en verbindt meer aan de Heere. Dan gebeurt het weleens dat men door liefde gedrongen deel neemt aan het Heilig Avondmaal. De verwachte zegen blijft uit. Men twijfelt of men er goed aan gedaan heeft en satan maakt zo iemand wijs dat hij zich het oordeel gegeten en gedronken heeft.
Wat is nu de zaak? Men is te vroeg aangegaan. Zo iemand kan wel nieuw leven hebben, maar in dit stadium is er voor de Heere Jezus geen plaats. En om Hem gaat het immers in het Avondmaal. Er dient enige kennis van de Heere Jezus te zijn, wil men met vrucht aan het Avondmaal deelnemen. Dat sluit strijd niet uit, maar dan blijven de vragen: ken je de Heere Jezus? Is je hart al in de Schrift op Hem gewezen? Ben je van harte overtuigd van Zijn gepastheid, beminnelijkheid en noodzakelijkheid? Zo ja, is er dan nooit vrede geweest bij de Avondmaalsgang? Zijn er dan misschien onbeleden zonden die scheiding maken tussen de Heere en de ziel? Onderzoek je hart in de binnenkamer. Vraag de Heere om licht bij dit onderzoek (Ps. 139:14 ber.).
De ouderling adviseerde terecht om te wachten op een teken van de Heere. Wat kan zo’n teken zijn?
1. Een diepgevoelde nood in eigen hart met het besef midden in de dood te liggen, en daarbij de vaste overtuiging dat in Christus het leven en overvloed te vinden is. Dan wordt de Avondmaalsgang een vlucht naar Hem toe. Nooddruftigen zal Hij verschonen.
2. Sterke uitgangen (verlangens, heimwee) naar Christus. Krank zijn van liefde (Hoogl. 5:8). Dan zit men aan Tafel voor men er erg in heeft. Een krachtige nodiging van de Heere door middel van een woord in het hart. ‘God spreekt gewis tot elk die voor Hem leeft.’ Als de Heilige Geest het woord van de predikant met kracht in het hart doet vallen. Dan verdwijnen op dat ogenblik alle andere overwegingen. Sommigen vragen weleens een teken door de Heere te binden aan een voorwaarde die ze zelf stellen. Doe dat nooit. Laat de Heere niet los, maar wel vrij. Vraag nooit een teken buiten Zijn Woord om.
Aanbevolen lectuur, met name in de voorbereidingstijd:
Ds. A. Elshout - Doe dat tot Mijn gedachtenis
Ds. C. Harinck - Ons Avondmaalsformulier
Ds. A. Hoogerland – Ten Avondmaal gaan, maar hoe....?
Prof. G. Wisse - Doe dat totdat Hij komt.
Andrew Gray - Elf predicaties op Avondmaalstijden